woensdag 14 mei 2008

Indonesië: Een dagje op Bali

Lovina Beach (Rini Hotel)

Precies om half zes klopt de nachtwaker op onze deur. Met een ontheemd gevoel, in opnieuw een andere omgeving, schiet ik na een goede nachtrust direct wakker. We hebben bijna dertig minuten de tijd om ons aan te kleden en ons naar de poort van het Rini Hotel te begeven. We doen dus rustig aan! Aankleden in minder dan een minuut. Terwijl Tettje de koffie met de dompelaar het eerste kopje koffie van de dag maakt bezet ik de badkamer. Scheren komt morgen wel! Met een oog op mijn horloge drinken we de welkome hete koffie. Ik heb er een bloedhekel aan om te laat te komen. Om zes uur aan de poort van het Rini Hotel is de afspraak. We gaan vandaag de zee op om dolfijnen te spotten!
Het is niets nieuws! De opkomst van het massatoerisme heeft ervoor gezorgd dat veel lagen van de lokale bevolking een beter leven hebben gekregen. Het toerisme zorgt ervoor dat een hele grote groep van de bevolking nu een bestendig inkomen heeft. Helaas is er ook een keerzijde! Omdat het aantal toeristische top attracties niet recht evenredig toeneemt met de stroom toeristen worden er veel onzinnige attracties bijgebouwd of simpelweg bedacht.
Pretparken zijn heel duur en nemen veel tijd in beslag door de planning en de realisering van die plannen. En de hopeloze corruptie in dit soort landen maakt het haast onmogelijk om iets moois te realiseren. Dus worden er ter plaatse veel bezigheden en attracties voor de toeristen bedacht. Een van de meest vreemde attracties die ik tijdens mijn reizen ben tegengekomen is ongetwijfeld “The Dog Cemetery” net buiten Corrigin in Western Australië. Omdat er in een straal van 100 Kilometer niets anders dan bush en heuvels zijn is deze verzameling dode honden tot toeristen attractie gepromoveerd. Je moet het maar interessant vinden?
Terwijl we ons aan de buitenkant van de stalen poort posteren vraag ik mezelf zachtjes af waarom we ons door de verkoper van deze excursie hebben laten verleiden. We gingen toch alleen even naar het internetcafé? Vroeg je bed uit om een paar zwemmende zoogdieren vanuit een gammel bootje voor je uit te zien golven kan toch onmogelijk een hoogtepunt van je vakantie op Bali zijn?
We staan er nog niet erg lang wanneer de kapitein van de traditionele Balinese vissersboot samen met nog een passagier in de verte uit de schemering opdoemt. De andere passagier voor vandaag is een vrouw van eind jaren vijftig die opnieuw de bloemenlente beleeft. Alles is zonneschijn, rozegeur en liefde voor haar.
We proberen uit beleefdheid een gesprek met haar aan te knopen maar komen niet verder dan een hallo en een opgestoken hand. De kapitein grijnst onafgebroken en maakt daarbij vreemde geluiden, alsof hij een hond is die een prooi verscheurd. De vrouw bekijkt ons steeds met gepaste voorzichtigheid alsof we het slechtste met haar voorhebben. Nu moet ik eerlijk bekennen dat we er niet helemaal betrouwbaar uitzien in onze vuile tropenuitrusting. De kapitein schijnt haar vertrouwen wel te hebben dus ratelt ze aan een stuk in een Engels dat me bekend in de oren klinkt.
Ze spreekt met een zwaar Australisch accent. Voorzichtig probeer ik me nog een keer in het gesprek te mengen terwijl de nacht plaats maakt voor de ochtendschemering. Mijn inmenging wordt niet op prijs gesteld! Ze maakt me, met een korte onvriendelijk opmerking, duidelijk dat ze het druk heeft met de kapitein van de boot. Ik schuif mijn hoed achterover en krab eens op mijn voorhoofd. Vooroordelen stromen door mijn hoofd.
Net gescheiden!
Man met een jongere vrouw aan de horizon verdwenen!
Goede financiële afhandeling van de scheiding!
Eerst maar op reis naar exotische landen ver van het saaie aanrecht!
Op zoek naar jezelf!
Verder gaan daar waar je voor je huwelijk was gebleven!
Een bevestiging voor jezelf dat je nog een aantrekkelijke vrouw bent!
Dromen van een eenvoudig leven op een tropisch eiland!
Zonder zorgen oud worden met een man die er niet met een jongere vrouw vandoor gaat!
Met zijn vieren arriveren we aan het zwarte strand van Lovina Beach. Het zwarte zand heeft iets magisch in het schemerdonker. Wit is maagdelijk, wit is schoon! Dat is door de marketingstrategen in onze hoofden gepland. Natuurlijk is diepblauw water het mooiste naast een wit strand maar een zwart strand heeft ook zijn charmes.
We zijn de enige op het strand en dat verbaasd me enerzijds en verblijd me anderzijds. Het lijkt me mooi om met slechts enkele boten op zoek te gaan naar de zwarte dolfijnen die hier ‘s morgens, voor hun ontbijt, voor de kust verschijnen. Met verenigde krachten duwen we met zijn vieren de kleine houten vissersboot over armdikke bamboe stokken. Langzaam en geluidloos schuift de boot de lichte branding in.

Tettje heeft een klein probleem met zijn zware wandelschoenen terwijl hij aan boord van de boot probeert te komen. Verbaasd kijk ik naar zijn natte soppende schoenen en vraag me af waarom hij zijn sandalen niet aan heeft. Het zal wel het vroege uur en het automatisme van het aankleden zijn geweest! Mijn vermoedens over de veroveringsplannen van de vrouw worden bevestigd wanneer ze achterin de boot naast de kapitein plaatsneemt. En om het nog vreemder te maken gaat me met haar gezicht naar hem toe zitten, tegen de vaarrichting van de boot in! Wij zoeken zonder een woord van de kapitein te hebben gehoord een plaatsje en halen onze schouders op. We hebben we erger meegemaakt!

Met het monotone geluid van van de kleine buitenboordmotor op de achtergrond snijd de boot als een scherp mes door het haast gladde pikzwarte water. Opnieuw een zonsopkomst en misschien wel de mooiste tot nu toe tijdens onze reis in Indonesië! Deze haast maagdelijke ervaring duurt niet lang! Aan de donkere horizon zien we een tsunami van zeker dertig tot veertig andere boten uit het schemer op ons afkomen.

De kapitein lacht verlegen naar de flirtende vrouw en wijst met uitgestrekte arm naar de armada van toeristen die recht op ons af komt, om zo ook even de aandacht van hem weg te leiden. Op dat moment vraag ik mezelf af wat er überhaupt te zien is. Met een mooie zonsopkomst in de rug varen we steeds verder van de kust terwijl de oude Australische hippie heel vreemde oergeluiden begint uit te stoten.
'Hee-Haaa-Hoeoeoeoeoeoe', klinkt het onafgebroken van achter Tettje.
We kijken elkaar aan en proberen onze lach te onderdrukken. We halen herinneringen op over een soortgelijke ervaring, jaren geleden in Bangkok. Het is tevergeefs! Ik weet niet meer wie als eerste het masker van het strakke gezicht liet zakken maar enkele momenten later zitten we samen te schateren van het lachen terwijl de andere twee ons verbaasd aanstaren.

Meer dan tweehonderd ogen turen in de verte over de zee om te zien of er rugvinnen van dolfijnen te zien zijn. Wanneer eenmaal de eerste groep van drie dolfijnen is gesignaleerd varen alle kleine schepen gevuld met toeristen er naar toe. Het is geen toeval dat de drie dolfijnen snel onder water verdwijnen om een paar honderd meter verder weer boven te komen. Dit ritueel herhaalt zich meer dan een uur en heeft zijn aantrekkingskracht voor mij al binnen vijf minuten verloren. Maar niet voor de oude vrouw die tussen de kapitein en Tettje zit! De verlegen kapitein schenkt geen aandacht meer aan haar zodat ze zich heeft omgedraaid en Cupido nu zijn pijlen op Tettje richt.
Elke keer wanneer ze een dolfijn in het oog krijgt geeft ze Tettje, die met zijn rug naar haar toe zit, een por tussen zijn ribben en roept ze op een hoge toon, 'Oooohhh Hee-Haaa-Hoeoeoeoeoeoe Dolphins'.
Gelaten laat Tettje het over zich heen komen, maar hij is er zichtbaar niet blij mee. Voor mij wordt door het zure gezicht van Tettje deze dag alleen nog maar mooier! Het kat en muis spel tussen de boten en de dolfijnen is snel voorbij en na een half uur vruchteloos te hebben rondgevaren gaat onze boot weer terug naar het zwarte strand vanwaar we zijn vertrokken. De andere boten verdwijnen weer aan de horizon naar het toeristenstrand dat we gelukkig vermeden hebben.

Ik was blij dat het eindelijk voorbij was en dat we aan onze verdiende rustdag konden beginnen. De rest van de dag is zo rustig dat een bewoner van een bejaardenhuis zich waarschijnlijk dood verveeld zou hebben. De vuile was verzorgen, internetten en een beetje lezen wat we de volgende dagen kunnen gaan doen. Afgewisseld met een duik in het zoute water van het zwembad en een gesprek met Michael (Miehail in het Gealic) en zijn ouders.
En zo komt er een einde aan onze eerste echte halve rustdag. ’s Avonds drinken we wat meer dan gepland maar we hebben goede herinneringen aan een dag op Bali.
Copyright/Disclaimer